De regionale competitie waarin werd gespeeld tegen clubs als Feyenoord, Sparta, ADO (met Leo Pluimgraaff) en SVV werd afgeschaft, maar in 1971 promoveerde de A-jeugd weer waarna tot 1989 regionaal werd gevoetbald.
In 1974 werden plannen gemaakt voor een bar in het clubhuis en de eerste reclameborden werden rond het hoofdveld geplaatst.
De in 1966 begonnen “wilde competitie (Quick Boys samen met Noordwijk, Rijnsburgse Boys en Katwijk) met acht- en negenjarigen werd pas in 1975 opgevolgd toen de L.V.B. een D-en E-competitie instelde voor deze leeftijdscategorie. Dit omdat anders de “wilde” competitie te groot zou worden. Door Quick Boys werd in dat jaar door acht D-elftallen en één E-elftal deelgenomen.
Jeugd C-junioren kampioen seizoen 1974-1975
In 1978 besloot de jeugdleiding deel te gaan nemen aan de beroemde Tivoli Cup, een internationaal jeugdtoernooi in Kopenhagen. Hieraan werd tot 1986 deelgenomen om later weer terug te keren. Daarna werden toernooien gespeeld in Italië, Frankrijk, Duitsland, wederom Denemarken en Oostenrijk.
De promotie van Rijnsburgse Boys in het seizoen 1979-1980 gaf het voetbal in de Bollenstreek een nieuwe dimensie. Het eerste duel tussen beide rivalen werd door 5000 toeschouwers bekeken, Quick Boys won met 1-0 door een doelpunt van Kees van Rooijen.