Column Delano a Cohen: "Jeugd na 1984"

Nou daar gaan we dan, mijn tweede column. Op het moment van schrijven heb ik een overeenkomst bereikt met Quick Boys om er een derde seizoen aan vast te plakken. Veel mensen zullen wel zeggen: “hij zit nu op de bank, hij zal het wel prima vinden zo”, maar de mensen die mij echt kennen, die weten wel beter. Voor het eerst in mijn carrière maak ik deze situatie mee, het terugvechten van een blessure. Hopelijk heb ik er later profijt van, en misschien nu al in mijn maatschappelijke loopbaan.

Kort geleden las ik in de krant een artikel dat jonge werknemers moeilijk te managen zijn. Deels herken ik mezelf hier wel in. In het artikel stond dat mensen geboren na 1984 lui zijn, op zichzelf gericht, verwend door de huidige technologieën en bij tegenslag hun baan snel opzeggen. Nou moet ik in alle eerlijkheid bekennen dat ik niet meer zonder mijn mobiel kan, is mijn weekend al verpest als ik op donderdag zie dat ik zaterdag op de bank zit, baal ik ook wel eens van verzorger Jan de Jager wanneer hij een parcours heeft uitgezet met alle pionnen die hij in de omgeving van Katwijk kon vinden en denk ik soms ook: “ik ga wel lekker in de tweede klasse voetballen bij Nieuwenhoorn met mijn vrienden” als ik op zaterdagmiddag weer eens met nul minuten op zak naar huis rijdt.

Maar uiteindelijk is er altijd wel een moment van bezinning. Tijdens de vakanties wordt bijvoorbeeld mijn telefoon afgepakt door mijn familie en red ik me ook prima. En wanneer ik op maandag-, dinsdag- en donderdagavond samen met Anthony Bentem naar Katwijk rijd, komen er vanzelf herinneringen en verhalen naar boven. Over voetbalwedstrijden uit het verleden in de jeugd bij Sparta Rotterdam, onze tijd in het amateurvoetbal in de regio Rotterdam, het fantastische vorige seizoen of hoeveel bussen er zaterdag weer meegaan om Quick Boys aan te moedigen. Dat motiveert me om niet op te geven, door te gaan en te blijven vechten. Gelukkig klopt het artikel uit de krant dus toch niet helemaal!

Hoe vervelend de situatie soms ook is en hoe vervelend ik het ook vind wanneer ik op de bank zit, er gaat een tijd komen dat ik weer ga spelen op Nieuw Zuid. Al is het alleen maar om mensen het ongelijk te bewijzen die ineens mijn nummer hebben ‘gevonden’ en vragen: “Ik zag de opstelling van Quick Boys en zag je naam niet staan?” Daar houd ik me aan vast. Ik zal die mensen het ongelijk bewijzen. Volgende week kan het immers zo weer anders zijn. Ze zeggen niet voor niks dat niets zo veranderlijk is als vrouwen… Of was het toch voetbal?!”

Delano a Cohen

Geef een antwoord